Noorwegen in de greep van de monetaire crisis

Kort voor de parlementsverkiezingen in september kan de Noorse minister-president Jens Stoltenberg alleen maar slechte economische cijfers laten zien

De economische groei van Noorwegen vertraagt. De groei blijft ver achter bij de verwachtingen, de consumptie daalt. De Noren vechten tegen de sterke Noorse Kroon. Waarnemers vrezen dat het land afglijdt in een langere crisis.

Scandinavië kon zich de afgelopen jaren goed loskoppelen van de gevolgen van de eurocrisis. Maar sinds begin 2013 wordt het ook moeilijk voor de Scandinavische landen. En uitgerekend het als veilige haven geldende Noorwegen is nu in een afkoeling gegleden – de economie van het land heeft niet genoeg vaart gekregen.

In het tweede kwartaal van dit jaar groeide de Noorse economie met slechts 0,2% tegenover het kwartaal daarvoor en bleef daarmee duidelijk achter bij de verwachtingen van 0,7%. In totaal rekent de grootste bank van het land, de DNB ASA, dit jaar zonder de offshore inkomsten zelfs op een groei van 2%. In 2012 kon nog een plus van 3,4% worden behaald.

Tot 2016 zou het groeicijfer met 2,1% zich niet herstellen, citeert Bloomberg de bank. De DNB rekent op een grotere groei voor Duitsland, Zweden en de VS. De Noorse minister van Financiën Sigbjørn Johnsen denkt ook dat de groei in 2013 achterblijft bij de verwachtingen.

De munt van het land zorgt eveneens voor problemen. De Noorse Kroon daalde bijvoorbeeld tegenover de Zweedse Kroon naar de laagste stand sinds maart 2004. Dit jaar is de Noorse munt al 8% in waarde gedaald tegenover de Zweedse munt en 9,5% tegenover de euro. De consumentenprijzen stegen in juli in vergelijking met dezelfde maand een jaar daarvoor met 3%, aldus het Bureau voor de Statistiek in Noorwegen.

Een van de belangrijkste ontwikkelingen voor de slechte ontwikkeling in Noorwegen is vooral de afnemende binnenlandse consumptie. Gestegen huizenprijzen en de hoge privéschulden worden door de DNB als oorzaak aangegeven. De onroerend goed markt stagneert, de schulden van de private huishoudingen liggen inmiddels bij 200% van het beschikbare inkomen, aldus de DNB. Bovendien hebben de nationale banken de hypotheekrentes verhoogd om te voldoen aan de strengere cijfers van hun eigen kapitaal.

Geen goede voorwaarden voor de huidige regering als het gaat om de parlementsverkiezingen op 9 september. Uit de nieuwste peilingen blijkt dat de conservatieve oppositie zou uitkomen op 97 zetels – de socialistische regeringspartij zou slechts 70 zetels krijgen.

Bron:

http://deutsche-wirtschafts-nachrichten.de/2013/08/25/waehrungs-krise-erfasst-norwegen/

Vertaald uit het Duits door:

E.J. Bron

(www.ejbron.wordpress.com)