Ontvoerd, verkracht, vermoord en bij het vuil gegooid: het lot van christelijke kinderen in het islamitische Pakistan

Loslopend wild voor moslims in Pakistan: christelijke jongens en meisjes. Hier: feest van de eerste communie in een Pakistaanse katholieke gemeenschap.

(Door: Raymond Ibrahim – Vertaling: E.J. Bron)

“De haat achter de islamitische tranen” is de naam van een artikel dat “Frontpage-Magazine” al in februari publiceerde, dat echter in Europa tot nu toe geen enkele aandacht heeft gekregen. De auteur Raymond Ibrahim werkt niet alleen voor CBN-News, maar heeft ook meerdere boeken over christenvervolging in islamitische landen gepubliceerd. Naar aanleiding van de verkrachting van en de moord op een 8-jarig islamitisch Pakistaans meisje, die geleid hebben tot een schreeuw van verontwaardiging van politici, media en imams en de moslims in Pakistan, herinnert hij er aan dat zulke gruwelijke misdaden in Pakistan al jarenlang plaatsvinden met christelijke kinderen. Zonder dat iemand in het land, waarvan 99% van de inwoners islamitisch is, dat stoort. Hieronder een ingekorte vertaling van de tekst:

De verkrachting en wurging van Zainab Ansari, een 8 jaar oud islamitisch meisje, wier verminkte lichaam verleden jaar in Pakistan op een vuilnisbelt werd gevonden, zorgde in de islamitische natie voor grote ontsteltenis.

Beroemde prominenten en tienduizenden andere Pakistani “gaven uiting aan hun shock in de sociale media met de hashtag #justicefor Zainab”; woedende meutes vielen politie- en regeringsgebouwen aan, waarbij minstens twee doden en vele gewonden vielen.

Islamitische geestelijken stelden regeringsambtenaren voor de keuze om onmiddellijk de moordenaar uit te leveren of af te treden. “Mogen we dit beest vangen en hem openlijk bestraffen?”, was de vraag die de wanhoop van veel mensen over ontbrekende vooruitgang bij de zoektocht naar de moordenaar tot uitdrukking bracht.

Al deze reacties zijn op zich begrijpelijk. En het lijkt onnodig om te benadrukken dat de woede, die door Pakistani over het lot van dit ongelukkige meisje wordt gevoeld, en hun verlangen naar gerechtigheid tegenover haar verkrachter en moordenaar, terecht is.

“Het probleem is echter dat deze woede uitsluiten gebaseerd is op het feit dat zij moslima was. Vele jonge christelijke meisjes werden en worden nog steeds verkracht en vermoord – En de Pakistani die nu zo hard schreeuwen, reageren in die gevallen met een oorverdovend stilzwijgen.”

Het onderstaande is een korte (en bij lange na niet volledige) lijst van deze christelijke meisjes:

Nisha, 9, werd door moslims ontvoerd, verkracht, door middel van herhaaldelijke klappen op haar hoofd vermoord en toen in een kanaal gegooid.

Lubna, 12, werd door een groep moslims ontvoerd, verkracht en vermoord.

Muqadas, 12, werd op een veld in de buurt van haar huis overvallen; uit de autopsie bleek dat zij “door een bende verkracht en daarna door vijf mannen gewurgd werd.”

Shazia, 12, werd door Chaudhry Naeem, een rijke islamitische advocaat, die door de rechter vrijgesproken werd, tot slaaf gemaakt, verkracht en vermoord.

Zulke voorvallen komen vaak voor. Christelijke meisjes worden als goederen beschouwd, die zogezegd als vrijetijdsbesteding beschadigd mogen worden. Hen te misbruiken is voor de islamitische meerderheid een soort gewoonterecht. Volgens de mentaliteit van de islamitische gemeenschap is het niet eens een misdaad. Moslims beschouwen kinderen van “ongelovigen” (Kafirs) als oorlogsbuit.

Ook moet genoemd worden dat christelijke jongens niet verschoond blijven. In een christelijk stadsdeel van Islamabad ontvoerde een groep islamitische mannen een 7-jarige jongen. Hij werd achter elkaar door de mannen verkracht, voordat hij werd gewurgd en men zijn lichaam op een veld gooide – net zoals bij het islamitische meisje Zainab.

Het lichaam van een andere christelijke jongen, Samuel Yaqoob (11) werd “in de buurt van een afwateringskanaal gevonden. Het droeg sporen van vreselijke folteringen, de moordwapens lagen nog in de buurt van het lijk. Zijn neus, zijn lippen en zijn buik waren weg gesneden, en zijn familie kon hem nauwelijks herkennen, omdat het lichaam zo verkoold was. De autopsie vond 23 wonden, veroorzaakt door een scherp wapen en aanwijzingen van een groepsverkrachting.

Wilson Chowdhry, de voorzitter van de Brits-Pakistaanse Christelijke Vereniging, verklaarde:

“Delen van de Pakistaans-islamitische cultuur bezitten een sterke pederastencultuur, die vooral op jonge jongens is gericht. En jongens van christelijke en andere minderheden lopen vanwege de machteloosheid van hun gemeenschappen een zeer groot risico om slachtoffers van verkrachtingen en misbruik te worden.”

En daarom gaat het. Als “ongelovige” worden christenen in Pakistan grotendeels als “onaanraakbaren” beschouwd, die er alleen maar geschikt voor zijn om de “uitwerpselen van moslims” te verzamelen, en daarom regelmatig “als beesten behandeld worden”.

Behalve de familie van de slachtoffers en de christelijke gemeenschap in de omgeving interesseert het praktisch niemand in de islamitische meerderheidsnatie (99%) wanneer christenen en hun kinderen gefolterd en vermoord worden.

Geen enkele van de genoemde verkrachtingsmoorden van christelijke kinderen leidde tot een landelijk schandaal; op geen van deze misdaden volgden massale tweets en hashtags, woedende prominenten, massale opstanden, bedreigingen van overheidsambtenaren en politie. Ze hebben ook geen enkele Wikipedia-pagina verdiend zoals Zainab.

Bron:
https://philosophia-perennis.com
Auteur: Raymond Ibrahim

Vertaald uit het Duits door:
E.J. Bron
(www.ejbron.wordpress.com)