Franse deskundige Gilles Kepel: “Jihadisme streeft doelbewust naar burgeroorlog in Europa” – VN-migratiepact verkeerd signaal op verkeerde moment

(Door: Reinhard Werner – Vertaling: E.J. Bron)

Gilles Kepel, een Franse islamwetenschapper, heeft zich in een interview opnieuw gericht tegen thesen dat aanslagen zoals die in Straatsburg “niets met de islam te maken zouden hebben”. Het jihadisme, zegt hij, zou doelbewust streven naar een burgeroorlog tegen de “ongelovigen” in Europa.

De Franse islamwetenschapper Gilles Kepel houdt zich al sinds het einde van de jaren-80 vooral bezig met radicaliseringstendensen in de islamitische wereld en in de islamitische immigratiegemeenschap van Europese landen. Hij is o.a. de schrijver van het boek “Terreur in Frankrijk”, dat als gevolg van meerdere bloedige aanslagen in de afgelopen jaren in Frankrijk in het middelpunt van de publieke belangstelling kwam te staan.

De jongste terreuraanslag in Straatsburg heeft de meerdere jaren oude controverse tussen hem en de politieke wetenschapper Olivier Roy opnieuw aangewakkerd, waarvan de kern de vraag naar de daadwerkelijke betekenis van de religieuze component in het radicaalislamitische terrorisme is.

Roy vertegenwoordigt in principe de opvatting dat de islam gewoon alleen maar een merknaam zou zijn, van een  vervreemding- en radicaliseringsproces waarvan bepaalde personen zich zouden bedienen, dat niet religieus zou zijn begonnen en vooral psychologisch zou zijn te verklaren. De consequentie van deze inschatting zou zijn dat debatten over de islam zelf of de omgang met moslims in westelijke landen nutteloos zouden zijn als zij het doel vervolgen om radicalisering en politiek extremisme tegen te gaan.

Eerder nihilist dan gelovige?

De radicale islam zou volgens Roy een verwisselbaar dak voor de radicalisering en het geweld zijn, die in een andere context de uiterlijke gestalte van een links- of rechts-extremistische beweging zou kunnen aannemen. Het islamisme zou derhalve in principe een vorm van jeugdige opstandigheid zijn, een oorzakelijk verband tussen zelfs fundamentalistische interpretaties van de islam en radicaalislamitisch geweld zou daarom niet bestaan.

De acteurs zouden zelfs eerder nihilisten zijn, ze zouden niet alleen streven naar een breuk met de westerse samenleving, maar ook met de generatie van hun ouders – ook als deze strenggelovig zou zijn. Roy wees in dit verband o.a. op het feit dat bij bijna alle tot ISIS of andere terreurgroepen behorende terroristen van de afgelopen jaren de religie in het ouderlijk huis nauwelijks een rol gespeeld zou hebben. Ze zouden zelf voor ze overgingen naar het islamisme een areligieus leven geleid hebben en menig Jihad-toerist moest voor zijn vertrek naar Syrië literatuur voor beginners zoals “Islam voor Dummies” bestellen, omdat zij geen idee gehad zouden hebben van de religieuze begrippen van de islam.

Wat betreft Kepel daarentegen zijn zulke overwegingen een uitdrukking van het falen om zich in de denkschema´s van Jihadisten te verplaatsen. Hij ziet wel degelijk een verband met gebeurtenissen in de islamitische wereld zelf, en het radicaalislamitische terrorisme is voor hem een uitdrukking van een oorlog binnen de islam zelf – minder dan eentje van een oorlog tussen de islam en het Westen.

“Eenzame wolven” komen niet uit het luchtledige

In het interview met “Le Point” hernieuwde Kepel, zonder namen te noemen, zijn kritiek op het beginsel van Roy en gelijkgezinde onderzoekers. Op de vraag of hij zou denken dat de veiligheidsautoriteiten het reservoir aan jihadistische mollen in het land goed in beeld zouden hebben, antwoordde Kepel:

“Het probleem is dat sinds de vermindering van de algemene informatie het verzamelen van ´zwakke signalen´ aanzienlijk werd teruggebracht. Daarbij komt de algemene ongeïnformeerdheid  over het denken van Jihadisten, en u kunt al begrijpen waarom sociologen, die met het oog op een geval zoals Chekatt (de dader van de jongste aanslag in Straatsburg) verklaren dat alles ´niets met de islam te maken zou hebben´, bij onze regering en bij bepaalde naïeve redacties zoveel succes hebben: met de voorstelling van hun eigen onwetendheid bevestigen ze de zekerheden van hun incompetente gesprekspartners.”

Symbolisch daarvoor zou de handelwijze van de Franse geheime diensten in de zaak van de vorig jaar wegens lidmaatschap van een terroristische vereniging veroordeelde Abdelkader Merah zijn, de broer van de hoofddader in de serie aanslagen in de regio Midi-Pyrénées in het jaar 2012, Mohammed Merah. De diensten hadden bij deze gelegenheid hun these van de “eenzame wolf” herhaald, die de politie voor de terreurdaden van Toulouse zou hebben misleid. In werkelijkheid zou Mohammed Merah door zijn salafistisch familienetwerk gesocialiseerd en systematisch op een terreurcarrière zijn voorbereid.

Aanslagdoelen moeten zoveel mogelijk “ongelovigen” treffen

De verwaarlozing van het radicale islamisme als fundament voor latere terreurdaden, zoals zij zich in de theorie van de “eenzame wolven” zou manifesteren, zou ertoe geleid hebben dat de politie absoluut onvoorbereid geweest zou zijn toen later de Charlie-Hébdo-moorden plaatsvonden. Ze zou echter ook het risico van een nog ingrijpender falen in zich dragen, doordat, aldus Kepel, ook de inspanningen tot “deradicalisering” in de gevangenissen “hoofdzakelijk door psychologen zouden worden uitgevoerd die de sociologische, doctrinaire en culturele realiteiten van het jihadisme niet kennen.”

Dat zoals in het geval van de aanslagen in Parijs het nachtleven of zoals bij de aanslagen van Berlijn en Straatsburg kerstmarkten in het vizier werden genomen, zou duidelijk te motiveren zijn vanuit de ideologie en logica van de Jihadisten – het zou hen er om gaan om tegen de “feesten van de ongelovigen” of hun als “haram” gekwalificeerde gewoonten te vechten en er zeker van te zijn dat daar geen goede gelovigen gedood worden. Waar dit echter zou gebeuren, zoals in Nice of ook in Straatsburg, waar het eerste slachtoffer een Afghaanse immigrant was, zou dit nevenschade zijn, die men ook graag op de koop zou toenemen.

Kepel had al in 2016 in een interview met de “Welt” verklaard dat de derde generatie Europese Jihadisten een strategie van de spanning zouden volgen. Door zo mogelijk wrede aanslagen zou een klimaat van algemene vijandigheid tegenover moslims opgeroepen moeten worden, die ook merkbaar zou moeten zijn voor de loyale islamitische meerderheid en moslims die trouw zijn aan de wet. Daarna zouden deze worden geradicaliseerd en uiteindelijk zou dit leiden tot een burgeroorlog. Het doel van de terroristen op de lange termijn zou zijn om op de “ruïnes van het oude continent” Europa een soort kalifaat op te richten.

VN-migratiepact verkeerd signaal op verkeerde moment

Men zou deze ontwikkeling alleen nog maar kunnen tegensturen door een verstandige mengeling van onderwijs- en veiligheidspolitiek, waarvan het doel zou moeten zijn de breuken binnen de westelijke samenlevingen te helen. Intellectuelen, geestelijken en islamverenigingen zouden de taak hebben radicale interpretaties van de islam duidelijk dan ooit af te wijzen. Een nog scherpere en algemene houding van confrontatie tegenover de islam, zoals radicaal rechts deze zou eisen, zou daarentegen de islamitische extremisten in de kaart spelen.

Het VN-migratiepact en de manier waarop de regering dit verdedigt, beschouwt Kepel in de huidige situatie als foutief en met het oog op de aanstaande Europese verkiezingen als contraproductief. Tegenover “Le Point” verklaart hij:

“Wanneer men in de ogen van belangrijke delen van de kiezers de immigratie niet onder controle krijgt, heeft het Rassemblement National (van Marine Le Pen) goede vooruitzichten voor de Europese verkiezingen in mei. We zien het bij de campagne over het ´Pact van Marrakesh´, dat onbeholpen verdedigd wordt en dat wordt waargenomen als het opgeven van de nationale soevereiniteit en als signaal voor de ongecontroleerde opening van de grenzen voor migratiestromen…”

Bron:
www.epochtimes.de
Door: Reinhard Werner

Vertaald uit het Duits door:
E.J. Bron
(www.ejbron.wordpress.com)