Turkije vermoedelijk achter gifgasaanval in Syrië

Syrische slachtoffers van gifgas: zware beschuldigingen tegen Turkse regering

De Amerikaanse onderzoeksjournalist Seymour Hersh heeft zware beschuldigingen geuit tegen de Turkse regering. Volgens Hersh komt de gifgasaanval bij Damascus op 21 augustus 2013, waarbij 1.700 mensen om het leven kwamen, op haar rekening. De Turkse minister-president Erdoğan zou hiertoe opdracht hebben gegeven om de VS te betrekken bij een oorlog tegen Syrië. De Amerikaanse president Barack Obama had de inzet van gifgas daarvoor de “rode lijn” genoemd en hiervoor later de Syrische president Bashar al-Assad verantwoordelijk gemaakt.

In een bericht voor de “London Review of Books” beriep Hersh zich op gesprekken met mensen van de Amerikaanse geheime dienst. Volgens deze gesprekken is men in Amerika pas aan het eind van het jaar 2012 tot de conclusie gekomen dat de opstand tegen Assad mislukt was. De turkse regering wilde tot iedere prijs een nederlaag verhinderen, waarvoor zij echter Amerika tot een direct ingrijpen in het militaire conflict had moeten bewegen.

Turkije smokkelde Sarin naar Syrië

In werkelijkheid stond er volgens Hersh een Amerikaanse aanval op stellingen van het Syrische leger op punt van beginnen. Chemische proeven van de aanslag bij Damascus, die de Britse geheime dienst veilig stelde, hadden echter een deelname van Syrische regeringstroepen uitgesloten. Bij het hier ingezette gifgas ging het om Sarin, dat een andere chemische structuur bezit dan die in de bestanden van Assad.

“We wisten van enkele mensen in de Turkse regering”, citeert Hersh nu een Amerikaanse ex geheimagent, “die dachten Assad met een aanval met Sarin in Syrië kapot te kunnen maken.” Daartoe werd een aanslag op Damascus gepland, toen zich daar in augustus inspecteurs van de VN bevonden. In het voorjaar van 2013 kwamen Amerikaanse en Britse diensten erachter dat Erdoğan het radicaalislamitische Al-Nusra-Front had laten scholen in de productie en het gebruik van Sarin. Ook was er Sarin uit Turkije gesmokkeld.

Provocatieve aanval op Turkije gepland

De Turkse regering wees iedere betrokkenheid van de hand. Regeringswoordvoerder Bülent Arinc noemde het bericht volgens “Focus” een “pure leugen”. Ook het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei dat er geen twijfel over bestond dat Syrische regeringstroepen voor de gifgasaanval verantwoordelijk waren. De Turkse regering liet onlangs nog het videokanaal YouTube verbieden, nadat er compromitterende geluidsopnames van regeringsleden werden gepubliceerd.

Behalve corruptieschandalen, waar leden van de regering bij betrokken waren, is er o.a. ook een gesprek tussen minister van Buitenlandse Zaken Ahmet Davutoglu, de chef van de geheime dienst Hakan Fidan en twee andere hoge ambtenaren te horen, hoe zij een aanslag op Turkije bespreken om een Turkse invasie te rechtvaardigen. Volgens de opname planden ze het afvuren van acht raketten vanuit Syrië. Erdoğan hekelde de publicatie van het gesprek als een aanval op de nationale veiligheid van Turkije.

Hersh, die dinsdag zijn 77^e verjaardag vierde, is een van de bekendste huidige onderzoeksjournalisten. Hij schreef vooral voor de “New York Times” artikelen met het zwaartepunt op biologische en chemische oorlogsvoering. In 1969 maakte hij het bloedbad van My Lai bekend en droeg daarmee wezenlijk bij aan de aftocht van Amerika uit de Vietnamoorlog. Tien jaar geleden zorgde hij voor opzien, toen hij de folteringen in de door het Amerikaanse leger geleide gevangenis Abu Ghuraib in Irak openbaarde.

Lees hier het volledige artikel in de “London Review of Books”:

http://www.lrb.co.uk

Bron:
http://jungefreiheit.de

Vertaald uit het Duits door:
E.J. Bron
(www.ejbron.wordpress.com)