Het antisemitisme in Noorwegen

(Door: Dr. Manfred Gerstenfeld – Vertaling: E.J. Bron)

In de Noorse geschiedenis zijn verschillende extreem problematische periodes in de omgang met Joden te vinden. In 1851 was Noorwegen het laatste Europese land dat Joden opnamen. Een van de weinige internationaal bekende Noren is Vidkun Quisling, minister-president van het land tijdens de Tweede Wereldoorlog onder Duitse bezetting. Quisling was verantwoordelijk voor de arrestatie van alle Joden die de Noorse politie te pakken kon krijgen. Meer dan 700 Joden werden aan de Duitse bezetters overgedragen, die hen meestal naar Auschwitz stuurden. Slechts enkelen kwamen terug.

Uit een peiling van de ADL bleek dat 40% van de Noren van mening is dat Joden loyaler zouden zijn aan Israël dan aan het land waarin ze leven. Dit is een typische antisemitische overtuiging. 38% van de Noren denkt dat Israël de Palestijnen behandelt zoals de nazi´s de Joden. Dit percentage heeft het Noorse Centrum voor Holocaust- en Minderhedenstudies in 2012 in het kader van een door de Noorse regering betaalde studie vastgesteld. Zo´n conclusie weerspiegelt de enorme omvang van de anti-Israëlische agitatie, die politici van het linkse spectrum, vakbonden, media, verschillende kerkleiders en andere persoonlijkheden bedrijven.

Sinds 2013 heeft Noorwegen een midden-rechtse regering onder minister-president en partijcheffin van de Conservatieven Erna Stolberg. In deze tijd maakte het land minder openlijke antisemitische manifestaties en anti-Israëlische haat-uitlatingen mee dan onder de voorgaande regering van de socialistische partijleider en huidige secretaris-generaal van de NAVO, Jens Stoltenberg.

In de afgelopen weken vonden er echter onafhankelijk van elkaar twee stemmingen plaats, waarvan de resultaten sterke antisemitische trekken dragen. Daarbij komt dat de op twee na de grootste landelijke krant “Dagbladet” opnieuw een antisemitische karikatuur publiceerde.

De eerste stemming vond plaats door de Noorse vakbond (LO). Met 197 tegen 117 stemmen hebben de gedelegeerden zich uitgesproken voor een internationale boycot van Israël op economisch, cultureel en academisch gebied. De aanbevelingen van de belangrijkste vertegenwoordigers waren echter tegen een boycot. De LO houdt ieder jaar op 1 mei naar aanleiding van de Internationale Dag van de Arbeid feestelijke plechtigheden, die vaak eindigen in een dag van Israël-haat.

De Noorse minister van Buitenlandse Zaken, Borge Bende, sprak zich tegen de boycot van de LO uit. Hoewel de vakbonden veel invloed hebben in de sociaaldemocratische partij van het land, was hun voorzitter, Jonas Gahr Støre, tegen deze boycot. Ook op andere terreinen wordt Israël geboycot. In de herfst van 2016 besloot bijvoorbeeld de gemeenteraad van de op twee na grootste Noorse stad Trondheim om goederen uit de “Israëlische nederzettingen” te boycotten.

In september 2017 zullen er parlementsverkiezingen worden gehouden. De sociaaldemocraten en hun partners staan op dit moment in de peilingen voor op de regeringspartijen. Støre is een politicus die zijn anti-Israëlische overtuiging openlijk vertegenwoordigt. Hij zal het echter willen vermijden om voor een situatie te zorgen waarin het hem net zo vergaat als de sociaaldemocratische minister van Buitenlandse Zaken van Zweden, Margot Wallström, die niet meer ontvangen wordt door Israëlische regeringsvertegenwoordigers.

Støre staat bekend om zijn anti-Israëlische uitlatingen. Tot de meest extreme uitwassen behoort zeker zijn kritiek op het omslag van het ophitsende boek van de Hamas-ondersteuners Mads Gilbert en Erik Fosse. Zij schreven in hun boek “Øyne i Gaza” (“Ogen in Gaza”) dat Israël tijdens de operatie “Cast Lead” de Gazastrook is binnengetrokken om vrouwen en kinderen te doden. Dit is de moderne seculiere versie van de antisemitische bloedlegende uit de middeleeuwen, waarin foutief beweerd wordt dat Joden het bloed van christelijke kinderen voor religieuze rituelen zouden gebruiken.

De tweede antisemitische stemming vond plaats tijdens het partijcongres van de immigratie-kritische en Israël-vriendelijke Noorse “Vooruitgangspartij”. De meerderheid van de gedelegeerden ondersteunde een besnijdenisverbod voor kinderen onder de zestien jaar. De partij is de kleinere coalitiepartner in de regering van Solberg. De uitslag van de stemming was niet de wens van de partijcheffin en Noorse minister van Financiën, Siv Jensen.

De twee joodse gemeenten van Noorwegen in Oslo en Trondheim hebben in totaal ongeveer 800 leden. Islamitische gemeenteleden echter zijn meer dan honderd maal zo groot. Het aantal jaarlijkse besnijdenissen van Joden blijft onder de tien. De beslissing van de “Vooruitgangspartij” is genomen tegen de achtergrond van de massale islamitische immigratie in Europa en werpt een kenmerkend licht op de daarmee gepaard gaan de problemen.

Enkele moslims bedrijven een islam die je alleen maar gevaarlijk kunt noemen. De meest verwoestende antisemitische uitspatting in Noorwegen in deze eeuw vond in 2009 plaats, toen moslims door Oslo marcheerden en pro-Israëlische demonstranten aanvielen. Een niet-Jood, die een Israëlische vlag droeg, werd in elkaar geslagen; hij zal zijn leven lang last houden van zijn verwondingen. Een ander aspect van de toegenomen islamitische aanwezigheid in het land is de toename van anti-islamitische gevoelens bij enkele Noren. Een voorbeeld daarvan is het besnijdenisverbod voor kinderen onder de zestien jaar. Joden worden tweemaal zo vaak het slachtoffer van enerzijds islamitische aanvallen, maar ook van de consequenties van een anti-islamitische houding.

“Dagbladet” staat al minstens 15 jaar bekend om zijn publicatie van antisemitische karikaturen. De krant heeft de Israëlische ministers-presidenten Ariel Sharon en Ehud Olmert als nazi´s uitgebeeld. In 2013 werd een gruwelijke karikatuur gepubliceerd, waarin een Jood een jongen een vork in zijn voorhoofd steekt en zijn tenen afsnijdt. Een karikatuur uit mei 2017 werd door de “Jewish Chronicle” omschreven als de voorstelling van “twee mannen, van wie de ene een baard en de ander een keppeltje draagt, die naast borden staan met het opschrift ´Ja tegen besnijdenis´ en ´godsdienstvrijheid´. Een derde man in een gescheurde regenjas zegt tegen hen: ´Ik weet wat jullie bedoelen. Ik hoor ook onzichtbare mannen, die tegen mij zeggen dat ik kleine jongens niet bij hun penis moet pakken´.”

Mochten de sociaaldemocraten de komende verkiezingen winnen, dan kunnen we rekenen op een toename van anti-Israëlische hetze. De linkse socialisten, de kleine coalitiepartner, zullen er vermoedelijk nog een schepje bovenop doen, net zoals in de laatste beide linkse coalitieregeringen.

Bron:
www.audiatur-online.ch
Auteur: Dr. Manfred Gerstenfeld

Vertaald uit het Duits door:
E.J. Bron
(www.ejbron.wordpress.com)