Ze konden maar beter gewoon hun bek houden

(Door: Lubomír Stejskal – Vertaling: Z.B.)

Wat doen we als een land in lichterlaaie staat en we niet kunnen helpen? In dat geval spreken we onze solidariteit uit en de wens dat de strijd tegen dit angstaanjagende element goed afloopt. Wij verheugen ons niet over de rampspoed.  Maar zoiets is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Het bewijs kwam uit het Midden-Oosten. Israël werd deze week getroffen door een ramp. Tientallen branden. Als we de kaart bekijken, lijkt het land op een vuurzee. Op talloze plaatsen gaan mensen door een hel. De lokale brandweer is overbelast en er is eveneens hulp vanuit het buitenland van onder andere Griekenland, Cyprus, Kroatië, Turkije en Rusland. Ook de brandweerteams uit Judea en Samaria helpen mee.

Zoveel brandhaarden tegelijk in korte tijd- dat kan geen toeval zijn en er kan ook geen sprake zijn van technische oorzaken. Het wordt steeds duidelijker dat het om brandstichtingen gaat. Een nieuwe vorm van terrorisme.

Toen de Twin Towers in New York instortten, juichten de Palestijnse Arabieren. Niet allemaal, maar velen van hen. In ieder geval waren hun aantallen groot genoeg om ons niet in twijfel te laten over aan wiens kant ze stonden.

En vandaag gaat het niet anders. Israël is door een ramp getroffen en sommige Arabieren beleven oprechte vreugde.  Jerusalempost.com vestigde de aandacht op enkele reacties op sociale media in de Arabische wereld  die veel gelijkenissen vertonen met de reacties na 11 september 2001.

De kroon spanden vooral twee sjeiks uit Koeweit. De imam van de Grote Moskee, Rashid Alafasy, schreef op Twitter: “Veel geluk branden”. Kort en krachtig. Een andere sjeik uit Koeweit, Nabil Ali al Awad, heeft zijn bijdrage aan het irrationele anti-Israëlische fanatisme geleverd door zijn mededeling: ”Allah heeft hun harten en thuis verbrand, hun geld en hun lichamen en heeft voor ze vurige graven voorbereid… omwille van wat zij de gelovigen aangedaan hebben (lees: moslims)”.

Altijd wanneer ik juist vanuit Koeweit zulke woorden van grenzeloze haat hoor, moet ik terugdenken aan de Eerste Golfoorlog; toen Koeweit het slachtoffer van de Saddam’s Irak werd – en de wereld zich haastte om Koeweit te helpen. Israël werd toen ook slachtoffer van die agressie; vanuit Irak werden tientallen raketten op Israël afgevuurd. En toch, in strijd met zijn principes, hield de staat Israël zich  militair terug, zodat de operatie om Koeweit te bevrijden succesvol afgerond kon worden.

Toentertijd stond de Koeweiti´s het water tot aan de lippen – en mede dankzij de Israëlische houding kwam het niet tot het  uiteenvallen van de coalitie tussen de westerse landen en de moslimlanden. En nu, nu Israël problemen heeft met de branden, die grotendeels aangestoken zijn door hun mede-aanhangers van Allah, hebben ze niet eens het fatsoen om, als ze zich dan al niet als geciviliseerde mensen kunnen gedragen, tenminste hun bek te houden.

Het verschil tussen de wel en niet geciviliseerde mens is duidelijk: de geciviliseerde zegt: “Veel geluk met de bestrijding van de branden.” De moderne barbaar zegt: “ Veel geluk brand”.

Bron:
http://neviditelnypes.lidovky.cz
Door: Lubomír Stejskal

Vertaald uit het Tsjechisch door:
Z.B.
(voor www.ejbron.wordpress.com)