Hoe om te gaan met kleuters?

(Door: “bozeoudeman”)

Geef ze een lolly en lach hen toe

Waarom neemt vandaag de dag iedereen dreinende kleuters zo bloedserieus? Een betere aanpak om de kleuterbrigades van de zich links, groen en progressief noemende leeghoofdjes te benaderen, is hoe men in vroegere dagen met dit soort kleuters omging. Ze werden hartelijk toegelachen waarna de volwassenen duidelijk maakten dat zij verder nu eventjes geen tijd voor hen hadden. Men gaf de kleine dreinkont een aai over de bol en liet het daarbij.

Want, laten we wel zijn, wat voor zin heeft het om serieus naar kleuters met hun vaak larie argumenten en meestal irreële wensen te luisteren, laat staan er aan te voldoen, erop in te gaan. Verloren tijd en verloren moeite. Het beste voorbeeld hiervan is het chanterende kleutergedrag van dame Clinton en zelfverklaard heiland Timmermans. Beiden in leeftijd hooguit adolescenten staan al lange tijd met rood aangelopen smoeltjes dreinend te dreigen als zij hun zin niet van pappie en mammie krijgen.

De een dreigde dat onmiddellijk de Apocalyps zou komen als zij niet door de kiezers werd aangewezen om als volgende president van de Verenigde Staten het ‘goede’ sloopwerk van de ‘Messias’ Obama voort te zetten. Dus iets als ‘ze hebben morgen spijt al ik nu dood ga en ze dan niet meer kunnen doen wat ik wilde’, wat kinderen vroeger in tranen hun kussen toevertrouwden als hen ten onrechte groot verdriet was aangedaan.

Toen de kiezer, ondanks de dwingende vorm van absoluut ‘goedbedoelde’ chantage, niet voor dreinkontje Clinton koos, werden bij veel universiteiten en idem steden in het hele land uithuilruimtes ingericht waar verwende jammeraars van de kleuterbrigade zich snikkend in groot verdriet konden terugtrekken in afwachting van die door Clinton beloofde Apocalyps die nu snel zou komen. ‘Het is gewoon in en in gemeen dat rechtse rotzakken ook hadden mogen stemmen, dat had verboden moeten zijn. Stemmen dient enkel te zijn voor linkse mensen, dat is echte democratie’, aldus vele huilende kleuters.

Het is natuurlijk ook niet niks als je als prinsje of prinsesje ineens, zomaar, volkomen onverwacht, heel ‘oneerlijk’ een dreun in zijn/haar kleine lieve poppengezichtje krijgt, omdat ‘akelige reactionaire, rechtse boeven’, die gewoon naar kampen gestuurd zouden moeten worden, jouw wereldje vernietigen door niet op de door jou aangeprezen heiland te stemmen. Vroeger zouden dit soort dreinkonten ‘grow up’ te horen hebben gekregen, maar dat was vroeger.

Anno onze tijd ligt alles anders. Prinsjes en prinsesjes hebben de pers in handen gespeeld gekregen door ‘weldoeners’ die het ‘goed’ met de wereld voor hebben en zodoende ook de politiek beheersen. Boze prinsjes en prinsesjes maken dit duidelijk door vanaf de dag dat hun heiland zich snikkend terugtrok om een boos boek te schrijven over de oorzaken waarom zij niet werd geïnstalleerd in de functie die zij had moeten krijgen, geen dag voorbij laten gaan om met alle middelen de snoodaard die haar dit heeft ontnomen pootje te haken. Niets op de wereld is zo belangrijk als dat laatste.

Een nieuwszender, die ooit bekend stond als progressief en objectief, kraamt nu aan één stuk door het evangelie van zielige prinsjes en prinsesjes uit, omdat die alsnog hun zin moeten krijgen. En zo ook nu in Europa. In navolging van wat er bij grote broer gebeurt, staat al jarenlang een kleine gnoom als volleerd chanteur te tetteren dat als de volkeren van Europa niet doen wat de gnoom eist ‘er oorlog zal volgen’. En zo chanteert een gnoom 500 miljoen burgers.

Maar de gnoom heeft het ‘goed’ voor met Europa, en dus ook met haar burgers. Hij wenst dat Europa met Afrika een fusie aangaat, hij wenst, net als een verwarde man in Rome, dat het christendom een fusie met de islam aangaat. De kleine gnoom heeft een missie, hij heeft een droom over ‘vrijheid, gelijkheid en broederschap’ door vrijheden, gelijkheden en broederschap voorgoed op te heffen of anders de definitie daarvan enkel door hem als heiland te laten bepalen, of anders, ja zeker, weer die Apocalyps, ofwel OORLOG.

Ooit in het nog niet zo verre verleden was er ook een gnoom, eentje met een raar snorretje, die ook zo in razernij kon uitbarsten net als de kleine gnoom nu als hij werd tegengewerkt of tegengesproken. De beste oplossing tegen dit soort lijkt mij om ze een lekkere lolly in hun mondje te stoppen en natuurlijk het prinsje of prinsesje over het bolletje te aaien en te laten weten dat ‘de wereld zeker zal doen wat het kleine dreinkontje wenst, ooit, als het dreinkontje groot is. Doei, nu heeft pappa verder eventjes geen tijd meer, nu moet pappa naar zijn werk!’

Door:
“bozeoudeman”
(voor www.ejbron.wordpress.com)